Fair Practice Code in de Nederlandse cultuursector

Samen met vertegenwoordigers van fair practice initiatieven uit het Verenigd Koninkrijk, België, Duitsland en Italië nam Ine Hermans op dinsdag 3 oktober deel aan een werkbijeenkomst van Kunsten ’92 in Veem Huis voor Performance in Amsterdam. Daar werd de eerste versie van de Fair Practice Code in de Nederlandse kunstensector gepresenteerd en overhandigd aan de Nederlandse minister van cultuur. Fair practice staat voor een betere arbeidsmarktpositie voor kunstenaars en goed werkgeverschap van opdrachtgevers. De Code is gezamenlijk opgesteld door makers, werkgevers, vakbonden, beroepsgroepen en andere partners uit de creatieve en culturele sector. Aanleiding was het in april gepubliceerde rapport van Raad voor Cultuur en de SER Passie gewaardeerd, versterking van de arbeidsmarkt in de culturele en creatieve sector.

De code die rond vijf kernwaarden (solidariteit, transparantie, duurzaamheid, diversiteit en vertrouwen) is opgebouwd, is nog niet af. De gepresenteerde versie vormt een startpunt voor een verdere discussie over de inhoud en de praktische uitwerking ervan. Die discussie werd na overhandiging van de code direct verdergezet. Alle aanwezigen werden aan het werk gezet om met hun tafelgenoten te praten over één van de vijf kernwaarden. Zelf heb ik mee het gesprek gevoerd over ‘solidariteit’.

Wat solidariteit precies is, is voor een vakbond een gemakkelijke vraag. Solidariteit bewerkstelligen tussen cultuurwerkers is heel wat moeilijker. Maar toch is het mogelijk en levert solidariteit heel veel voordelen op. In die huizen met sociaal overleg waar onze afgevaardigden erin slagen om de werk en inkomenssituatie van tijdelijke medewerkers op de agenda te zetten gaan de tijdelijke medewerkers erop vooruit en wordt hun kwetsbare positie verbeterd.

Solidariteit gaat ook over het voordeel inzien van collectieve spelregels en problematieken samen aanpakken in plaats van elk voor zich. Die insteek komt in de Code zeker aan bod.

Het gesprek aan onze tafel ging niet zozeer over de inhoud. We waren het erover eens dat op zich niemand in de sector tegen de Code kan zijn. Wie zal ontkennen dat kunstenaars betaald moeten worden, wie zal ontkennen dat cao’s en honorariumrichtlijnen gevolgd moeten worden?

Toch is de Fair Practice Code zoals ze er nu uitziet nog vrij vaag en te vrijblijvend. Het positieve is dat het taboe rond geld wordt doorbroken. Praten over de Code en zijn waarden biedt een startpunt om bij de start van een opdracht en samenwerking het gesprek aan te gaan over geld.

Alle betrokkenen in de culturele sector in Nederland zullen worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid om tot een definitieve code te komen en deze in de praktijk na te leven.

Ook bij ons is er nood aan een code waarin het principe dat een kunstenaar moet betaald worden voor zijn of haar werk centraal staat. Het handvest voor de podiumkunstenaar dat op de opening van het Theaterfestival werd gelanceerd en ondertussen al ondertekend is door meer dan 270 kunstenaars en 19 organisaties toont aan dat het protest groeit.

Kunstenaars zijn het beu onderbetaald te werken. Een solidariteitsverklaring van kunstenaars die afspreken oneerlijke voorstellen van opdrachtgevers niet langer te aanvaarden is een knap initiatief. Elkaar beschermen tegen on(der)betaald werk in plaats van in concurrentie te gaan met elkaar is een krachtig signaal. Een signaal dat kan werken als de solidariteit verder groeit.

De idee van sensibilisering en solidariteit is in deze verklaring belangrijker dan dat de interpretatie van onze cao’s volledig klopt. Ook kunstenaars zijn gebaat bij collectieve spelregels en bij collectief sociaal overleg. Waarom die niet uitbreiden tot de zelfstandige kunstenaars of techniekers? Voorbeelden uit de mediasector leren ons dat dit mogelijk is.

Ook het sectorakkoord dat we momenteel onderhandelen met de Vlaamse regering zal een stap vooruit moeten betekenen in de loon- en werkvoorwaarden van cultuurwerkers. Maar zonder solidariteit, geen akkoord.

Laat ons alvast beginnen met de code die eerder gelanceerd werd door State of the arts vanonder het stof vandaan te halen en ook bij ons dit proces opnieuw in gang zetten.